Blauwe Zaal

  • Home
  • Digitale expo
    • Louis Mettewie
    • Zonnige groeten uit...
    • Paradijselijke orchideeën
    • Toeters & Bellen
    • Menu's
    • Verboden woorden
  • Zoeken
  1. Folders
  2. Paradijselijke orchideeën

Paradijselijke orchideeën

Read More
  • 1.	Botanici op oerwoudverkenning in Midden-Amerika (Flore des Serres et des Jardins de l’Europe 14, 1861).

    1. Botanici op oerwoudverkenning in Midden-Amerika (Flore des Serres et des Jardins de l’Europe 14, 1861).

  • 2.	De vanilleplant is zonder twijfel de bekendste orchidee. Hier een afbeelding van de Vanilla planifolia. De peulachtige vruchten van het orchideeëngeslacht Vanilla zijn in gedroogde toestand bij elke keukenliefhebber bekend. Het vanillestokje werd reeds door de Azteken gebruikt om chocolade te aromatiseren en omstreeks 1520 in Europa geïntroduceerd (Curtis’s Botanical Magazine 117, 1891).

    2. De vanilleplant is zonder twijfel de bekendste orchidee. Hier een afbeelding van de Vanilla planifolia. De peulachtige vruchten van het orchideeëngeslacht Vanilla zijn in gedroogde toestand bij elke keukenliefhebber bekend. Het vanillestokje werd reeds door de Azteken gebruikt om chocolade te aromatiseren en omstreeks 1520 in Europa geïntroduceerd (Curtis’s Botanical Magazine 117, 1891).

  • 3.	Deze Leptotes bicolor is één van de slechts drie soorten van het orchideeëngeslacht Leptotes. Net zoals bij het geslacht Vanilla produceert de plant kruidige zaadpeulen die smaak kunnen geven aan bepaalde gerechten en als alternatief voor vanille kunnen gebruikt worden (Curtis’s Botanical Magazine 66, 1840).

    3. Deze Leptotes bicolor is één van de slechts drie soorten van het orchideeëngeslacht Leptotes. Net zoals bij het geslacht Vanilla produceert de plant kruidige zaadpeulen die smaak kunnen geven aan bepaalde gerechten en als alternatief voor vanille kunnen gebruikt worden (Curtis’s Botanical Magazine 66, 1840).

  • 4.	De hybride Odontioda Vuylstekeae is een geslaagd voorbeeld van een kruising tussen twee bestaande orchideeënsoorten en een van de pronkstukken van het sierteeltbedrijf Vuylsteke. Orchideeënkweker Charles Vuylsteke was een pionier in het kruisen van orchideeënsoorten. Zijn creaties worden Vuylstekeare-hybriden genoemd (Curtis’s Botanical Magazine 130, 1904).

    4. De hybride Odontioda Vuylstekeae is een geslaagd voorbeeld van een kruising tussen twee bestaande orchideeënsoorten en een van de pronkstukken van het sierteeltbedrijf Vuylsteke. Orchideeënkweker Charles Vuylsteke was een pionier in het kruisen van orchideeënsoorten. Zijn creaties worden Vuylstekeare-hybriden genoemd (Curtis’s Botanical Magazine 130, 1904).

  • 5.	Het tuinbouwbedrijf van Louis Van Houtte in Gentbrugge. Van Houtte (1810 – 1876) vertoefde van 1834 tot 1836 als planthunter in het Orgelgebergte in Brazilïe. Zijn bedrijf (met bijhorende tuinbouwschool) groeide in de tweede helft van de negentiende eeuw uit tot één van de meest bekende in Europa. Op ca. 30 hectaren werd in zowat vijftig serres een uitgebreide keuze van tropische en niet-tropische planten gekweekt, waaronder talrijke orchideeënsoorten.

    5. Het tuinbouwbedrijf van Louis Van Houtte in Gentbrugge. Van Houtte (1810 – 1876) vertoefde van 1834 tot 1836 als planthunter in het Orgelgebergte in Brazilïe. Zijn bedrijf (met bijhorende tuinbouwschool) groeide in de tweede helft van de negentiende eeuw uit tot één van de meest bekende in Europa. Op ca. 30 hectaren werd in zowat vijftig serres een uitgebreide keuze van tropische en niet-tropische planten gekweekt, waaronder talrijke orchideeënsoorten.

  • 6.	Louis Van Houtte was ook de uitgever van het in botanische middens zeer gekende tijdschrift Flore des Serres et Jardins de l’Europe. Tussen 1845 en 1883 werd het in maandelijkse afleveringen uitgegeven. In totaal omvatte de reeks zo’n 2480 botanische tekeningen zoals deze orchidee Ondontoglossum Grande (Flore des Serres en Jardins de l’Europe 1, 1845).

    6. Louis Van Houtte was ook de uitgever van het in botanische middens zeer gekende tijdschrift Flore des Serres et Jardins de l’Europe. Tussen 1845 en 1883 werd het in maandelijkse afleveringen uitgegeven. In totaal omvatte de reeks zo’n 2480 botanische tekeningen zoals deze orchidee Ondontoglossum Grande (Flore des Serres en Jardins de l’Europe 1, 1845).

  • 7.	Planthunter Théodore Pauwels uit Merelbeke bij zijn vertrek uit Colombia. De ezels zijn beladen met bakken met nieuw gevonden orchideeënsoorten. Pauwels was een oud-leerling van de tuinbouwschool van Louis Van Houtte. In 1892 vertrok hij naar Zuid-Amerika, waar hij gedurende zeven jaar orchideeën collecteerde in Colombia, Venezuela en Peru. Terug in België, startte hij in 1899 zijn eigen orchideeënkwekerij te Merelbeke.

    7. Planthunter Théodore Pauwels uit Merelbeke bij zijn vertrek uit Colombia. De ezels zijn beladen met bakken met nieuw gevonden orchideeënsoorten. Pauwels was een oud-leerling van de tuinbouwschool van Louis Van Houtte. In 1892 vertrok hij naar Zuid-Amerika, waar hij gedurende zeven jaar orchideeën collecteerde in Colombia, Venezuela en Peru. Terug in België, startte hij in 1899 zijn eigen orchideeënkwekerij te Merelbeke.

  • 8.	Deze afbeelding toont de Miltonia Warscewiczii. De orchidee kreeg de naam van de Poolse plantenkenner en -verzamelaar Jozef Warscewicz (1812 – 1866) maar het was de Belgische kweker Jean Linden (1817 – 1898) die de bloem voor het eerst tot bloei bracht (Curtis’s Botanical Magazine 96, 1870).

    8. Deze afbeelding toont de Miltonia Warscewiczii. De orchidee kreeg de naam van de Poolse plantenkenner en -verzamelaar Jozef Warscewicz (1812 – 1866) maar het was de Belgische kweker Jean Linden (1817 – 1898) die de bloem voor het eerst tot bloei bracht (Curtis’s Botanical Magazine 96, 1870).

  • 9.	Zicht op het bedrijf L’Horticulture Internationale van Jean Linden te Brussel. Linden had twee tuinbouwbedrijven, één in Gent en één in Brussel. Hij hield drie expedities als planthunter en bracht honderden uitheemse planten naar Europa, waaronder talrijke orchideeën. Als bedrijfsleider zond hij op zijn beurt diverse planthunters naar Midden- en Zuid-Amerika.

    9. Zicht op het bedrijf L’Horticulture Internationale van Jean Linden te Brussel. Linden had twee tuinbouwbedrijven, één in Gent en één in Brussel. Hij hield drie expedities als planthunter en bracht honderden uitheemse planten naar Europa, waaronder talrijke orchideeën. Als bedrijfsleider zond hij op zijn beurt diverse planthunters naar Midden- en Zuid-Amerika.

  • 10.	Ondontoglossum Pescatorei. Deze orchidee werd gevonden in 1847 op een hoogte van circa 2500 meter in Nieuw-Granada (Colombia). Geïntroduceerd in de serres van Jean Linden bloeide ze er voor het eerst in 1851 (Iconographie des orchidées par Jean Linden, 1860).

    10. Ondontoglossum Pescatorei. Deze orchidee werd gevonden in 1847 op een hoogte van circa 2500 meter in Nieuw-Granada (Colombia). Geïntroduceerd in de serres van Jean Linden bloeide ze er voor het eerst in 1851 (Iconographie des orchidées par Jean Linden, 1860).

  • 11.	Deze Renarthera Imschootiana werd in 1896 door A. Van Imschoot uit Gent naar de Royal Botanic Gardens (Kew, Londen) gezonden. De plant was wellicht afkomstig uit Viëtnam (Curtis’s Botanical Magazine 126, 1900).

    11. Deze Renarthera Imschootiana werd in 1896 door A. Van Imschoot uit Gent naar de Royal Botanic Gardens (Kew, Londen) gezonden. De plant was wellicht afkomstig uit Viëtnam (Curtis’s Botanical Magazine 126, 1900).

  • 12.	Hoewel de Belgische sierbedrijven tot de top van Europa behoorden, onderscheidde ook Engeland zich. Deze welriekende Odontoglossum Pulchellum uit Costa-Rica en Guatemala, met wasachtige, witte bloemen, werd ingevoerd door de Brit George Ure Skinner (1804 – 1867) en werd in bloei getrokken in de Royal Botanic Gardens (Kew, Londen) in 1843 (Curtis’s Botanical Magazine 70, 1844).

    12. Hoewel de Belgische sierbedrijven tot de top van Europa behoorden, onderscheidde ook Engeland zich. Deze welriekende Odontoglossum Pulchellum uit Costa-Rica en Guatemala, met wasachtige, witte bloemen, werd ingevoerd door de Brit George Ure Skinner (1804 – 1867) en werd in bloei getrokken in de Royal Botanic Gardens (Kew, Londen) in 1843 (Curtis’s Botanical Magazine 70, 1844).

  • 13.	Het bekende geslacht Cattleya telt een zestigtal orchideeënsoorten. Deze Cattleya Skinneri werd uitgeroepen tot de nationale plant van Costa-Rica. Net als de vorige prent is deze bloem een ontdekking van de Brit George Ure Skinner (Curtis’s Botanical Magazine 72, 1846).

    13. Het bekende geslacht Cattleya telt een zestigtal orchideeënsoorten. Deze Cattleya Skinneri werd uitgeroepen tot de nationale plant van Costa-Rica. Net als de vorige prent is deze bloem een ontdekking van de Brit George Ure Skinner (Curtis’s Botanical Magazine 72, 1846).

  • 14.	Ook deze orchidee bloeide in de Royal Botanic Gardens (Kew, Londen) in 1888. Het is de Hexisia Bidentata, door diverse planthunters ontdekt in zowel Colombia, Panama als Nicaragua (Curtis’s Botanical Magazine 114, 1888).

    14. Ook deze orchidee bloeide in de Royal Botanic Gardens (Kew, Londen) in 1888. Het is de Hexisia Bidentata, door diverse planthunters ontdekt in zowel Colombia, Panama als Nicaragua (Curtis’s Botanical Magazine 114, 1888).

  • 15.	De ster van Bethlehem of de Angraecum sesquipedale. Deze bloem werd ontdekt door de Franse botanicus Louis-Marie Aubert du Petit-Thouars (1758 – 1831) in 1798 en beschreven in 1822. De plant werd opnieuw gevonden door de geestelijke Ellis die deze vanuit Madagaskar in Engeland invoerde omstreeks 1857 (Flore des Serres et des Jardins de l’Europa 14, 1861).

    15. De ster van Bethlehem of de Angraecum sesquipedale. Deze bloem werd ontdekt door de Franse botanicus Louis-Marie Aubert du Petit-Thouars (1758 – 1831) in 1798 en beschreven in 1822. De plant werd opnieuw gevonden door de geestelijke Ellis die deze vanuit Madagaskar in Engeland invoerde omstreeks 1857 (Flore des Serres et des Jardins de l’Europa 14, 1861).

  • 16.	Een planthunter in het oerwoud op Madagaskar. Op de boom links groeit de “Ster van Bethlehem” uit vorige afbeelding (Flore des Serres et des Jardins de l’Europa 14, editie 1861).

    16. Een planthunter in het oerwoud op Madagaskar. Op de boom links groeit de “Ster van Bethlehem” uit vorige afbeelding (Flore des Serres et des Jardins de l’Europa 14, editie 1861).

  • 17.	Een botanische tekening is steeds een momentopname. Elke plant is uniek, elke tekening is het ook. Deze afgebeelde orchidee stond in bloei in Engeland in 1839. Het is de Trichophilia Tortilis die enkele jaren eerder (1835) naar Europa geïmporteerd was (Curtis’s Botanical Magazine 66, 1840).

    17. Een botanische tekening is steeds een momentopname. Elke plant is uniek, elke tekening is het ook. Deze afgebeelde orchidee stond in bloei in Engeland in 1839. Het is de Trichophilia Tortilis die enkele jaren eerder (1835) naar Europa geïmporteerd was (Curtis’s Botanical Magazine 66, 1840).

  • 18.	De orchidee Chysis aurea zoals ze in 1837 in bloei stond in de botanische tuin van Glasgow. Drie jaar eerder was de soort in Venezuela ontdekt. (Curtis’s Botanical Magazine 64, 1837).

    18. De orchidee Chysis aurea zoals ze in 1837 in bloei stond in de botanische tuin van Glasgow. Drie jaar eerder was de soort in Venezuela ontdekt. (Curtis’s Botanical Magazine 64, 1837).

  • 19.	De Engelse orchideeënkweker Robert Warner publiceerde vanaf 1882 de 11-delige reeks The Orchid Album met meer dan 500 botanische tekeningen waaronder deze Cattleya Guttalal Leopoldii (The Orchid Album I, 1882).

    19. De Engelse orchideeënkweker Robert Warner publiceerde vanaf 1882 de 11-delige reeks The Orchid Album met meer dan 500 botanische tekeningen waaronder deze Cattleya Guttalal Leopoldii (The Orchid Album I, 1882).

  • 20.	Het orchideeëngeslacht Coelogyne telt maar liefst tweehonderd soorten. Dit exemplaar van de Coelogyne Massangeana stond in 1878 in bloei op het kasteel te Baillonville, eigendom van de familie Massange (Curtis’s Botanical Magazine 114, 1888).

    20. Het orchideeëngeslacht Coelogyne telt maar liefst tweehonderd soorten. Dit exemplaar van de Coelogyne Massangeana stond in 1878 in bloei op het kasteel te Baillonville, eigendom van de familie Massange (Curtis’s Botanical Magazine 114, 1888).

Bezoek ons ook hier

  • Photo Sharing
  • About SmugMug
  • Browse Photos
  • Prints & Gifts
  • Terms
  • Privacy
  • Contact
  • Owner Log In
© 2023 SmugMug, Inc.
    4.	De hybride Odontioda Vuylstekeae is een geslaagd voorbeeld van een kruising tussen twee bestaande orchideeënsoorten en een van de pronkstukken van het sierteeltbedrijf Vuylsteke. Orchideeënkweker Charles Vuylsteke was een pionier in het kruisen van orchideeënsoorten. Zijn creaties worden Vuylstekeare-hybriden genoemd (Curtis’s Botanical Magazine 130, 1904).
    5.	Het tuinbouwbedrijf van Louis Van Houtte in Gentbrugge. Van Houtte (1810 – 1876) vertoefde van 1834 tot 1836 als planthunter in het Orgelgebergte in Brazilïe. Zijn bedrijf (met bijhorende tuinbouwschool) groeide in de tweede helft van de negentiende eeuw uit tot één van de meest bekende in Europa. Op ca. 30 hectaren werd in zowat vijftig serres een uitgebreide keuze van tropische en niet-tropische planten gekweekt, waaronder talrijke orchideeënsoorten.
    6.	Louis Van Houtte was ook de uitgever van het in botanische middens zeer gekende tijdschrift Flore des Serres et Jardins de l’Europe. Tussen 1845 en 1883 werd het in maandelijkse afleveringen uitgegeven. In totaal omvatte de reeks zo’n 2480 botanische tekeningen zoals deze orchidee Ondontoglossum Grande (Flore des Serres en Jardins de l’Europe 1, 1845).